Vaak is er te weinig aandacht voor standaardisatie bij het schoolbreed inrichten van een Elektronische Leeromgeving (ELO). Het CLU is daarom gestart met het ontwikkelen van een checklist voor het gedeelte van de ELO waarbij het gaat om het effectief leren door de leerlingen. Deze checklist is dus bedoeld voor het gedeelte van de leeromgeving waarin leerlingen met leerstof aan het werk gaan. Op dit moment is er een eerste ‘light’ versie beschikbaar. In de loop van het jaar zal deze checklist steeds fijnmaziger worden.
Een Elektronische Leeromgeving (ELO) biedt legio mogelijkheden om zelfstandig leren door leerlingen mogelijk te maken. Maar hoe zorg je ervoor dat de ELO niet alleen een omgeving is waarop leerstof en opdrachten te vinden zijn, maar dat leerlingen ook werkelijk effectief kunnen leren en dat de ELO meerwaarde biedt? Naast de criteria die voor alle leermiddelen gelden, zijn er specifieke criteria voor een ELO te benoemen. Het CLU heeft deze criteria vanuit een leerpsychologisch perspectief opgesteld. Ze zijn een hulpmiddel om een ELO te kunnen beoordelen en/of ontwerpen. Onze ervaring is dat met een aantal kleine ingrepen een ELO gemakkelijk effectiever in te richten valt.
Zowel bij goede als minder goed ingerichte ELO’s is winst te behalen
We hebben goed ingerichte ELO’s gezien en we hebben mindere gezien. Wat opvalt is dat er bij beide soorten winst te behalen valt als het gaat om de effectiviteit van het leren. Wat over het algemeen goed is aan de ELO’s is dat de leerlingen gemakkelijk kunnen vinden wat ze nodig hebben bij het zelfstandig maken van het huiswerk en het werken in de klas. De leerstof en alles daaromheen is per week aangegeven. De winst valt vooral te behalen bij het voorkomen van overbelasting van het werkgeheugen. In het volgende ziet u enkele voorbeelden van missers en mogelijke oplossingen.
Grootste misser: overbelasting van het werkgeheugen
Overbelasting van het werkgeheugen zorgt ervoor dat leerlingen afgeleid worden van wat ze moeten doen om effectief te leren. Deze overbelasting kan ontstaan doordat leerlingen niet consequent kunnen navigeren tijdens het maken van de leertaak. Ook kan het zijn dat de lay-out de aandacht onvoldoende richt op dat wat geleerd moet worden. Een veel voorkomende oorzaak van overbelasting kan zijn dat de gebruikte beelden niet goed gekozen zijn. Hieronder volgen een paar voorbeelden van veel geziene missers. Met een paar simpele ingrepen zijn deze echter vaak te verhelpen.
Mogelijkheid tot consequent navigeren ontbreekt
Eén van de belangrijkste missers is dat de navigatiemogelijkheden inconsequent zijn. Zo kunnen leerlingen snel verdwalen of zelfs helemaal afgeleid worden omdat ze op een webpagina komen met allerlei aantrekkelijke (reclame)links. Dit kan een enorme overbelasting van het werkgeheugen veroorzaken.
Het is daarom belangrijk dat er één persoon is die ervoor zorgt dat er richtlijnen opgesteld worden voor navigatie. Deze richtlijnen hebben bijvoorbeeld te maken met hoe een nieuwe pagina wordt geopend: nieuw tabblad of nieuwe pagina. Ook met hoe leerlingen weer terug kunnen keren na het openen van een website. Het spreekt vanzelf dat alle docenten zich houden aan de richtlijnen.
Het werkgeheugen kan ook overbelast raken doordat er veel keuzes gemaakt moeten worden door het grote aantal links dat gegeven wordt. De leerling moet zich iedere keer afvragen: wel doorklikken, niet doorklikken. Daarnaast is de kans groot dat een leerling een klik maakt die hij/zij niet had willen maken.
Beperk het aantal links op een pagina en zorg ervoor dat vooraf altijd duidelijk is wat er onder de link te vinden is.
Consequente lay-out ontbreekt
Het is belangrijk dat de lay-out voor zich spreekt. Dit betekent bijvoorbeeld dat als links onderstreept zijn, er geen onderstrepingen gebruikt worden in de leestekst. Hierdoor hoeft de leerling zich niet af te vragen of het om een link gaat of een belangrijk woord. Ook is een goede kleur en grootte van de letter belangrijk. Een roze tekst op een witte ondergrond lezen, kost veel meer moeite dan een donkere kleur letter op een lichte ondergrond. Ook het gebruik van bewegende icoontjes moet voorkomen worden. Deze leiden af en de meeste leerlingen stellen er helemaal geen prijs op.
De beelden werken eerder afleidend dan ondersteunend
Goed gekozen beelden (illustraties, foto’s, grafieken, filmpjes en dergelijke) zullen begripsondersteunend werken. Ze moeten dan wel passen bij het leerdoel en de leerstof op een juiste manier representeren. Ook beelden kunnen echter bijdragen aan een overbelasting van het werkgeheugen. Dit gebeurt bij filmpjes als het beeld niet overeenstemt met het geluid of de gesproken tekst. Ook gebeurt het nogal eens dat er achtergrondmuziek te beluisteren valt, terwijl er tegelijkertijd naar een tekst geluisterd moet worden.
Bij het kiezen van een filmpje en/of bij andere beelden is het belangrijk altijd eerst na te gaan of het werkelijk dat ondersteunt wat in het leerdoel wordt aangegeven. Daarbij is het vervolgens belangrijk dat beeld, te lezen tekst en/of gesproken tekst met elkaar overeenstemmen en ondersteunen.
Checklist en screening
Voorgaande is een kleine greep uit wat we de afgelopen jaren zoal tegen zijn gekomen. Met behulp van de ‘light’ checklist kunt u zelf kijken naar de kwaliteit van uw ELO.
Het CLU voert geregeld screenings uit van ELO’s. De uitkomsten hiervan komen in een uitgebreid verslag met positieve punten en verbeterpunten. Hierbij proberen we altijd mee te denken hoe de verbeterpunten met een aantal kleine ingrepen gerealiseerd kunnen worden.
– Download: Checklist light
– Lees ‘Screening en rapport van een ELO‘, met een voorbeeld van een screeningsverslag.